De catacomben van Parijs

Het hoeft niet altijd de Moulin Rouge of de Crazy Horse te zijn. Het gietijzeren kot ter hoogte van het metrostation Denfert-Rochereau geeft toegang tot een heel ander Parijs. De botten van circa zes miljoen (sic) Parijzenaars liggen er netjes opgestapeld in kilometerlange gangen van ondergrondse steengroeven. Ze zijn hierheen gebracht naar aanleiding van een grootscheepse stadssanering. Die begon eind 18de eeuw en duurde voort tot het midden van de 19de eeuw. Bedoeling was alle oude, rond kerkhoven gelegen begraafplaatsen een voor een te ontruimen. De menselijke resten werden op karren geladen, met zwart zeildoek bedekt  en ’s nachts onder het zingen van rouwliedereen hierheen gebracht.

Ten tijde van de Franse Revolutie zijn een aantal doden ook rechtstreeks in de catacomben gekieperd. Dat lot was onder meer de slachtoffers beschoren van  de zogenaamde septembermoorden van 1792. Bendes heetgebakerde sansculotten overvielen toen in een golf van paniek de Parijse stadsgevangenissen en richtten er een vreselijk bloedbad aan onder de opgesloten criminelen en politieke gevangenen. Ook heel wat gematigde revolutionairen zaten verveeld met deze zaak, maar zij werden de mond gesnoerd door de radicale Robespierre: “Dacht u dan echt revolutie te kunnen maken zonder revolutie of wat?”. 

Van  in de tijd van Napoleon waren de Parijse catacomben al een toeristische attractie. Prinsessen, koningen en keizers doken de vunzige gangen in om er in de flikkering van een schamele lantaarn eens lekker te griezelen. Net als wij moesten zij eerst een paar honderd meter door donkere gangen lopen, om dan voor een poort te belanden met daarboven de spreuk:”Arrête! C’est ici l’empire de la mort”. Wat volgt was en is een kluwen van gangen met muurtjes van been- en armknoken, waarbij schedels eenvoudige sierpatronen maken zoals een kruis, een hart of gewoon een rechte lijn. Inscripties vermelden telkens vanwaar de beenderen komen en wanneer ze hier hier gedeponeerd werden. Met weemoed beladen versregels herinneren de bezoeker aan de vluchtigheid van het leven, het mysterie van het sterven en de almacht van de dood.

Het kilometerlange netwerk van ondergrondse pijpen en gangen zorgde in het snel uitbreidende Parijs van de 19de eeuw voor heel wat problemen. Plotse instortingen veroorzaakten bovengronds zware verzakkingen en maakten hele gebouwen onbewoonbaar. Een omvangrijk programma van ondergrondse stutwerken moest dit euvel verhelpen. Soms hebben deze iets monumentaals en waan je je ergens in een kathedraal of een Spaanse moskee.  In tijden van onrust werden de steengroeven als schuilplaats gebruikt. In de laatste dagen van de Parijse Commune (1871) vonden er tussen de botten en schedels zelfs regelrechte vuurgevechten plaats tussen de ordetroepen en linkse opstandelingen.

Zoals alles in Parijs worden ook de catacomben drukbezocht. Door de geringe luchtcirculatie in de nauwe ondergrondse pijpen is het aantal bezoekers beperkt tot 200. Dat levert dus ellenlange wachttijden op. Wijzelf hebben zo’n anderhalf uur moeten aanschuiven voor ons ticketje. Voordeel is wel dat het in de gangen zelf betrekkelijk rustig is. Op sommige momenten ben je echt wel alleen, of toch niet helemaal. Want van overal in het halfduister gapen de doodkoppen je toe, met hun holle donkere oogkassen. En als je goed luistert, hoor je ze stilletjes fluisteren: “vandaag ik, morgen gij…”

Voor practische info: klik hier.

~ door girardo op oktober 31, 2008.

10 Reacties to “De catacomben van Parijs”

  1. Het is intrigerend om door de catacomben te wandelen; je ademt er de dood en de geschiedenis door dezelfde neusgaten. De botten worden er trouwens af en toe herschikt omdat de stapels het anders zouden begeven.

  2. Luguber uitstapje, maar het doet je wel even stilstaan bij de vergankelijkheid van alles.
    Ruim een half jaar geleden ontdekte ik in Milaan een ‘knekelkapel’ waar met botten en doodshoofden allerlei ‘tableaux vivants’ in de muren gemetst werden. Doet me denken aan de motieven waarover je het hebt.

  3. @Jo en Luc. Toen ik daar rondliep vroeg ik me inderdaad af of er geen kans bestond dat een van die stapels het ooit zou begeven. Stel u voor: als toerist levend begraven worden onder een hoop botten in de catacomben van Parijs. Het dramatisch einde van een citytrip. Wat die knekelkapel in Milaan betreft. De belangstelling voor Pietje de dood is universeel, maar heb jij ook die indruk dat romaanse culturen een meer directe confrontatie zoeken, terwijl de germaanse wereld meer werkt met symbolen in de vorm van afgebroken bomen, ruïnes, eenzame kruisen of beelden van rottende lichamen of geraamtes met een zandloper of zeis in de hand?

  4. Wat een goed verslag weer van een stukje Parijs wat we niet kennen en niet in de toeristische gidsjes staat. Heel bijzonder. Zeker het onthouden waad.

  5. Denfert-Rocherau
    Man, man, man – dat rinkelt een bel uit een ver verleden.
    Het mechanische open- en dichtklikken van de tickettoegang tot de Métro. De vluchtigheid van het leven… mhmmm.

    Maar tot de orde. Die catacomben lokken.
    Paris s’éveille? Merci voor de tip.

  6. Heel interessante materie en bijhouden dus.
    PS: de foto’s zijn getrokken van bijna op het pleintje. Heel goed gezien.

  7. Tja, zover heb ik me nog niet verdiept in de beleving van Magere Hein. Zo op het eerste zicht zul je wel gelijk hebben. Maar als je dan naar de ‘kunstwerk’ kerkhoven bij Parijs, Milaan en Rome kijkt, kennen ze daar evengoed iets van symboliek.

  8. leuke kant van Parijs
    als ik er nog eens ben is het zo een tip wel eens iets anders dan de eifeltoren

  9. ik vind het doodeng!! maar me zus wil heel graag xD

  10. Na het doorkruisen van Parijs (alle bekende plekken) is dit een geweldige ervaring. Je weet niet wat je kan verwachten en het is zeer indrukwekkend. en moet het een keer gezien hebben. Zie ook een reportage “Empire of the daed – Part 1” van CNN die mij hebben geinterviewd.
    Link: http://edition.cnn.com/2012/08/02/world/europe/wus-france-catacombs/index.html

Plaats een reactie